Fe(e)stivals in tijden van Corona - dubbel-interview

Georges Mutsaerts, directeur van Festival Wonderfeel en Daniël van Veen, directeur van het Amsterdams Kleinkunst Festival

14-06-2021
Hoe organiseer je een event in Coronatijd? Er is altijd weer die kans dat het uitgesteld wordt, of zelfs helemaal niet door kan gaan. Voor Georges Mutsaerts, directeur van Festival Wonderfeel en Daniël van Veen, directeur van het Amsterdams Kleinkunst Festival staat er een festival op de planning. “Het maakt niet uit hoe groot of klein je bent, iedereen zit in hetzelfde schuitje. Dat maakt deze tijd bijzonder.”

Volg Festival Wonderfeel
< TERUG   VERDER>
Volg het Kleinkunst Festival
< TERUG   VERDER >


Naar alle interviews >

Eingenlijk waren we de basale levensbehoeften een beetje vergeten

Als we één ding in deze tijd ontdekt hebben is het wel dat kunst, theater en muziek geen luxe zijn maar levensbehoeften.
Daniël: “Zeker, de kijk op cultuur is positief veranderd. Ik vond het altijd wonderlijk dat kunstenaars zelf moesten vertellen hoe belangrijk zij voor de samenleving zijn. Nu zegt het publiek het. Die honger van mensen om naar het theater of een sportwedstrijd te gaan, of om elkaar even te zien op een terrasje, dat zijn eigenlijk gewoon basale levensbehoeften. Dat waren we een beetje vergeten.”
Georges: “Ik denk dat als het straks allemaal weer mag we een enorme inhaalslag gaan beleven. En, er staat nu heel veel talent te trappelen om zich te bewijzen.”

Het Amsterdams Kleinkunst Festival biedt kleinkunstenaars een intensief talentontwikkelingsprogramma. Tijdens Festival Wonderfeel is er ook veel ruimte voor jong talent. Was het afgelopen jaar extra lastig voor wie aan het begin staat?
Daniël: “Ik heb gemerkt dat vooral jonge talenten echt publiek nodig hebben om meters te maken, om zich te bewijzen. Door te spelen krijgen ze bestaansrecht. Ze hebben ook nog geen financiële basis en kunnen niet even een jaartje niks doen. Dus toen alles dicht ging dachten we wel: hoe komen zij en het AKF hier doorheen en hoe houden we het festival levend? Sommige festivals besloten een jaar over te slaan. Wij wilden íets doen, in welke vorm dan ook. De finale van de AKF Sonneveldprijs zou vorig jaar in april zijn, die hebben we verplaatst naar oktober. De finalisten hebben in plaats van in een uitverkochte Kleine Komedie voor dertig man in Theater Bellevue gespeeld. Voor pers, impresariaten en de jury. Als ik dit twee jaar geleden had voorgesteld was ik voor gek verklaard. Spelen voor het allermoeilijkste publiek, jury, pers en impresariaten, bleek gelukkig een goede keuze. Want de kleinkunstenaars hebben kunnen spelen, in een kleine setting waarin ze zich toch vertrouwd voelden én de finalisten kregen daarna allemaal een impresariaat.”
Georges: “Ik zie het niet alleen bij jong talent. Ik ken situaties waarbij man én vrouw beide ervaren musici, geen werk hebben. En ook als Wonderfeel-organisatie hebben we altijd grote zorgen gehad of we het team van jonge mensen bij elkaar konden houden zodat we de kennis, die we in de jaren hebben opgebouwd, niet zouden kwijtraken. Dat hebben we voor een groot deel kunnen opvangen doordat de fondsen dat begrepen en bereid waren om ook die kosten te vergoeden.”

Theo Maassen keek de zaal in en zei dat ie naar een slecht gebit zat te kijken

Een jaar stilzitten was geen optie?
Daniël: “Voor ons niet. We hebben meteen gezegd, we gaan door om er voor de artiesten te zijn. We hebben alleen de vorm aangepast. Zo was er een zomertournee waarin de halve-finalisten in grote zalen mochten spelen. Een unieke kans voor hen.”
Georges: “Voor ons is binding met het publiek een hele belangrijke drijfveer om te blijven ondernemen. En daarnaast willen we de musici een plek kunnen geven. Zo hebben we onder andere vorig jaar met ons eigen orkest, dat bestaat uit allemaal jonge talenten, Tivoli Vredenburg afgehuurd om toch te kunnen spelen.”

Daniel van Veen Daniel van Veen

Voor deze zomer staat Festival Wonderfeel op de planning en zodra de theaters opengaan gaat de AKF Halve-finalistentournee alsnog van start. Maar er is natuurlijk altijd een kans dat het verschoven wordt of misschien helemaal niet doorgaat. Hoe organiseer je dat?
Georges: “Het enige voordeel van deze tijd is dat we allemaal hetzelfde probleem hebben. Iedereen wil meewerken. Onze leveranciers, onze crew, onze musici, iedereen wil meedenken en meebewegen. We kunnen met elkaar afspraken maken. Als dat niet zo zou kunnen, dan kun je er wel helemaal mee stoppen. Vorig jaar hebben we vroeg de stekker uit Wonderfeel getrokken zodat we in ieder geval niet de kosten van de externe productie op ons nek hadden. De musici hebben we gelukkig voor 45% kunnen doorbetalen. Dat hadden we te danken aan de coulance van de fondsen.”
Daniël: “De fondsen en de Keep an Eye Foundation hebben echt heel veel gedaan. Maar ook de theaters werken allemaal mee. Wij hebben een impresariaat dat de tourneeplanning doet. Dat impresariaat boekt de hele tijd voorstellingen om. Dat is het nieuwe werken geworden. Iets wat twee jaar geleden ondenkbaar zou zijn geweest.”
Georges: “De samenhorigheid is groot?”
Daniël: “Ja, en dat voel ik nu nog steeds. Grote zalen gingen opeens open voor ons als AKF. Carré zei: oké kom maar. Daar gaan we nu de Avond van de Kleinkunst organiseren. Dat was twee jaar geleden ondenkbaar. Het maakt niet uit hoe groot of klein je bent, iedereen zit in hetzelfde schuitje. Dat maakt deze tijd bijzonder.”

De grap valt letterlijk dood tussen de stoelen

Optreden voor een klein publiek dat verspreid in de zaal zit is voor artiesten niet eenvoudig. Een cabaretier zei: de grap valt letterlijk dood tussen de lege stoelen.
Daniël: “Theo Maassen keek de zaal in en zei dat ie naar een slecht gebit zat te kijken. Ik vind het juist goed dat het taboe van online er nu vanaf is. In 2017 had ik eens gezegd: laten we de finale gaan livestreamen. Dat werd toen door alles en iedereen afgeschoten. De gedachte was: theater houden we in het theater. Nu is livestreamen door de nood een deugd geworden. Hierdoor bereiken we een heel nieuw publiek. Doordat de livestream van de finale in oktober een tijd lang bewaard bleef, konden nog veel meer mensen ernaar kijken. Ook de vakmensen, de impresariaten.”
Georges: “Het is wel echt een vak. Het idee van: we nemen het even op ligt wel ver achter ons.”
Daniël: “Het is echt een nieuwe wereld. Alleen een camera ophangen werkt niet. Je moet bemande camera’s hebben, mensen met ervaring, regie. Wij hebben meteen een videobedrijf ingehuurd. Dat is kostbaar maar zij kijken wel met een theatraal oog.”

Ook een klein of online event moet ‘voelen’ alsof je in het theater zit. Hoe geef je artiesten en publiek dat gevoel?
Daniël: “Theater is een livevorm. Dus als er helemaal geen publiek bij kan dan spelen we niet. En in een hele grote zaal voor dertig mensen spelen, werkt ook niet. Dan kiezen we liever voor een kleine intieme zaal zodat het wel geborgen voelt. En met dertig man in de zaal voelt iedereen zich hartstikke luxe. Mensen kwamen bij de finale in Bellevue echt rennend binnen. Raoul Heertje presenteerde de avond met zoveel liefde en begrip, dat de thuiskijker zich in het theater waande. In alle opzichten was het een historische avond.”

Georges Mutsaerts Georges Mutsaerts

Wonderfeel en het Amsterdams Kleinkunst Festival staan voor dit jaar weer gepland, niet online maar weer ‘ouderwets’ met publiek. 
Daniël: “Voor het organiseren zijn we 80% van de tijd bezig om de omstandigheden goed te krijgen. Nu ben ik wel optimistisch. Er komt hierna een enorme bloeiperiode. Dus ik zeg tegen alle artiesten: blijf fit, mentaal gezond en laat je inspireren want opeens gaat alles weer aan. Maar die bedrijfsrisico’s zijn dusdanig hoog dat ik het best bijzonder vind dat grote festivals dat risico durven nemen. Ik vind dat dapper.”
Georges: “Dapper? Ik voel me niet alleen staan. Alleen al onze relatie met de Keep an Eye Foundation. Zij ondersteunen Festival Wonderfeel en zo zijn er heel veel fondsen die achter ons zullen staan. We hebben draaiboeken klaarliggen om te zorgen dat iedereen veilig het festival kan beleven. Je kunt ook proactief inspelen op de situatie. Zo zal onze festival-app deze editie veel meer crowd control functies bevatten.”

We kunnen een prachtig festival organiseren, maar we ontdekten ook: we kunnen nog veel meer

Als het niet doorgaat, is er nu een overheidsregeling, garantiefonds. Daniël: “Zou je het zonder die regeling ook door laten gaan? 
Georges: “Ja. Wij gaan ons niet rijk rekenen met een garantie waar op dit moment nog onduidelijkheid over bestaat of wij daar überhaupt voor in aanmerking komen. Bij ons ligt de verantwoording om de kosten nu zo laag mogelijk te houden, om het go-no-go moment zo snel mogelijk te nemen zodat we die externe kosten (de hoofdmoot) niet hebben en dat we ook zonder het garantiefonds de continuïteit kunnen waarborgen.”

Zijn er ook projecten gekomen dánkzij corona?
Daniël: “Voor het 'Concert voor de zorg’ gaan cabaretiers zorgmedewerkers interviewen. Die schrijven vervolgens een lied dat opgevoerd wordt voor de zorgmedewerkers in het theater. Dit wordt uitgezonden bij NPO5 en NPO2 Extra. Zo koppelen we kleinkunst aan een maatschappelijk thema en kunnen we cabaretiers aan het werk zetten voor normale vergoedingen.”
Georges: “Doordat we ons niet konden richten op onze core business zijn we andere projecten gaan ontwikkelen. Zoals Thin Air, een compositieopdracht aan de componist des vaderlands Calliope Tsoupaki en een blijk van compassie met iedereen die geraakt wordt door de pandemie. Deze compositie hebben we aangeboden aan collega festivals wereldwijd. Iedereen kon daar zijn eigen invulling aan geven. Meer dan zestig festivals van het Holland Festival tot aan Edinburgh International Festival haakten in. Je merkt in de hele culturele sector: er is extra honger om met je vak bezig te zijn. We kunnen een prachtig festival organiseren, maar we ontdekten ook: we kunnen nog veel meer.”