Ik wil mezelf trouwens zeker niet vergelijken met deze grote meesters
“Ik kan weken of zelfs maanden onafgebroken in m’n atelier werken.
Zeker als ik met iets groots bezig ben, zonder ik me het liefst een tijdje af. Wat ik niet wil verkopen zijn mijn voorstudies. Die zijn voor mij waardevoller dan het uiteindelijke werk. Ze nemen me terug naar de momenten waar ik met plezier aan terugdenk. Zoals een berg in Roemenië die ik heb beklommen, een parkje net buiten Parijs, of het Lago Maggiore in Italië waar ik vorig jaar was met mijn broer.”
Parijs
“Ik ben altijd al gevoelig geweest voor omgevingen en sfeer. Ik was een jaar of 11 en voor het eerst in Parijs, dat was zo fascinerend. Ik wilde toen al de hele stad weergeven. De enige manier om een volledig beeld te krijgen van een stad is door meerdere perspectieven te combineren.
New York en Venetië heb ik in vogelvlucht getekend, maar nog nooit van bovenaf gezien. Op de tekening herken je de architectuur en de sfeer, maar het is nooit een kopie van de stad. Dat zou niet interessant zijn. Ik speel met het beeld, laat dingen weg en soms klopt iets niet. Veel van wat je ziet is verbeelding.”
Experimenteren
“Je moet er als kunstenaar voor waken dat je niet vervalt in een truc. Dat ieder nieuw werk een voortzetting is van wat je al gedaan hebt. Dat probeer ik te voorkomen door met verschillende materialen te werken. Ik werk met olieverf, aquarel en een kroontjespen. Tussen die stijlen ontstaat een uitwisseling. En ik experimenteer continu met perspectief en thema’s. Zo maak ik ook berglandschappen waarbij ik bestudeer hoe het licht op de bergen valt. Iets heel anders dan een stadgezicht.”