Open staan voor de combinatie van stijlen geeft je zo veel: Kansen, nieuwe projecten

20-06-2023
Je moet het maar durven: al je geld plús een lening, tijd en energie steken in je eigen orkestrale album. Jesse Passenier had op jonge leeftijd zijn strepen al verdiend als arrangeur. Maar hij wilde ook laten zien wat hij als componist in huis heeft.

Volg Jong Metropole: 
< TERUG   VERDER >

Volg de rubriek 'Hoe is het nu met? >
NAAR ALLE BERICHTEN >


 “Dan kun je wachten op een opdracht, alleen die komt pas als ze weten wat je kan.”
Jesse won in 2017 bij het Jong Metropole orkest de Rogier van Otterloo Award. Hij heeft eind 2022 zijn eigen cd Fight for Light gelanceerd.

“Een fonds schrok toen ze lazen wat ik van plan was. Een Spaans orkest van 70 man. Plus twee solisten én een opnamemaatschappij uit de Verenigde Staten. Daar hangt een flink prijskaartje aan. Met het prijzengeld van de Rogier van Otterloo Award, mijn arrangeer inkomsten en culturele leningen heb ik mijn eerste eigen album toch kunnen financieren. Een grote investering in mijn carrière als componist.”

Meer dan één discipline

Ik had al heel veel mogen arrangeren, zoals voor het Metropole Orkest. Dan sta je in de scene bekend als arrangeur. Maar ik wilde ook laten horen wat ik als componist in huis heb. Dat werd óf lang zoeken naar een orkest dat mij een componeeropdracht geeft óf ik moest het zelf gaan doen. Nu is daar mijn allereerste orkestrale album dat ik volledig zelf gecomponeerd heb.’

Een label opgeplakt

“Mijn album is echt een mix van klassiek en jazz. Er is geen jazz ritmesectie, maar er spelen wel twee jazzsolisten de hoofdrol in het orkest en in één stuk spelen zelfs alleen de jazzsolisten. Media, de zalen en het publiek willen de muziek kunnen labelen. Zo werkt de wereld én ons brein. De stijl die je het meest hoort is dan uiteindelijk doorslaggevend. Daarom valt het album onder klassiek.”

Jong Metropole

Jazz en klassiek zijn nog steeds gescheiden werelden. Jong Metropole, waarbij jonge jazz- en klassieke jazzmusici al op jonge leeftijd samenwerken, is natuurlijk een goed voorbeeld van een kruisbestuiving. En er zijn instrumentgroepen zoals saxofonisten die beide werelden verkennen. Maar de meeste musici zijn afhankelijk van het perspectief dat ze meekrijgen op het Conservatorium. Als de hoofddocent duidelijk één kant kiest drukt dat een flinke stempel op de studenten. Dat is zonde. Open staan voor de combinatie van stijlen geeft je zo veel: kansen, nieuwe projecten. Het helpt je zelfs bij je technische ontwikkeling.”