Als Jochem Meyer op het podium staat hangen jullie dat niet aan de grote klok - interview

Eve Hopkins, artistiek directeur van Theater Bellevue in Amsterdam

20-03-2024
Nét om de hoek van het meest toeristische plein van Amsterdam, het Leidseplein, vind je een goed bewaard geheim: Try-out Podium BIES. Dé plek waar jong kleinkunst-talent nieuwe grappen en verhalen uitprobeert, maar waar ook gevestigde namen als Jochem Meyer en Lenny Kuhr acte de présence geven.

Volg het Kleinkunst Festival:
< TERUG   VERDER >
Naar alle berichten >


Naar alle interviews >

Keep an Eye en Theater Bellevue
De halve-finalisten van de AKF Sonneveldprijs krijgen een uitgebreid Keep an Eye Masterclass pakket aangeboden. Met een eigen coach die je helpt bij het versterken van skills en de masterclasses van bekende professionals zoals Wimie Wilhelm en Theo Maassen. Veel van die masterclasses worden in Bellevue gegeven. Ook maakt Keep an Eye Try-out podium BIES mede mogelijk.

Je zit op een andere stoel dan in de bioscoop

BIES: iedere eerste dinsdag van de maand in Klein Bellevue. Geen gelikte show die helemaal ‘af’ is, maar een voorstelling in wording. De kleinkunstenaars zingen, stand-uppen, vertellen en verfijnen hun stijl.
“Dat maakt het zo leuk. Het publiek dat hier komt wil niet alleen het eindresultaat maar ook het maakproces zien. Hier krijg je de kans om groots kleinkunst-talent te ontdekken nét voordat het doorbreekt. En voor de kleinkunstenaars is niets zo fijn als je nieuwe voorstelling testen in een kleine zaal met welwillend publiek.”

Het zijn lang niet alleen jonge talenten, ook gevestigde namen komen aan het publiek laten zien waar ze staan. Sterker: als Jochem Meyer een avond op het podium staat hangen jullie dat niet aan de grote klok.
“Zo nemen we het publiek mee op avontuur. Dat je nog niet weet wat je gaat krijgen. Maar wel de eerste bent die iets bijzonders gaat zien. Daarom zie je op het podium wat je echt niet kent of waar je nog nooit van gehoord hebt, maar óók een Raoul Heertje en Yentl en de Boer.”

Wat is Theater Bellevue voor een plek?
“Ik vind het echt de leukste plek die er is. En dat zeg ik zeker niet alleen als artistiek directeur. Het is een hele fijne, warme plek. Qua grootte perfect, met de grote zaal en Klein Bellevue en café de Smoeshaan. De meeste shows zijn laagdrempelig. We programmeren geen voorstellingen die alleen voor een kleine schare liefhebbers bestemd zijn. Maatschappelijke relevantie is fijn, maar geen absolute vereiste. We proberen ook een springplank te zijn voor jonge makers én we willen Amsterdamse spelers een plek in hun eigen stad geven. Het zijn allemaal aspecten waar we naar kijken, maar een voorstelling hoeft echt niet alle boxen aan te tikken.”

Je mocht klappen om daarna weer naar huis te gaan

In het theater zit je op een andere stoel dan in de bioscoop. In de bios leun je achterover in een ‘luie stoel’. In het theater zit je rechtop. Is dat wat het theater definieert – je moet erbij blijven, meedoen?
“Ja, dat is heel erg waar. Het theater vraagt wat van mensen. Zeker in deze tijd. Theaters waren altijd gewend om vooral te zenden. Het publiek mocht klappen om vervolgens weer huiswaarts te keren. Maar het publiek wil meer dan ooit betrokken worden. En wij willen meer zijn dan een plek waar voorstellingen geprogrammeerd worden.”

Hoe doe je dat?
“Door mensen er echt bij te betrekken, communities te creëren en vragen te stellen. Zo hebben we rond Kerst samen met Rikkert van Huisstede de show The Chosen Family gemaakt. De feestdagen zijn natuurlijk heel traditioneel – met de hele familie rond de kerstboom. Maar heel veel mensen hebben geen traditionele familie. Dus hebben we Rikkert gevraagd een voorstelling te maken die gaat over een ‘gekozen’ familie. Tussendoor kon je eten. Allemaal om mensen met elkaar in gesprek te brengen.”

Jij loopt al een flinke tijd mee in de theaterwereld, zo’n twintig jaar inmiddels. Is er veel veranderd sinds jij begon? 
“Meer disciplines dan ooit maken hun entree. En voorstellingen laten zich niet meer vastpinnen in het hokje van cabaret, hiphop of spoken word – er zijn nu meer kruisbestuivingen dan ooit.”

Lang een witte heteromannen-wereld geweest

Voor welke valkuilen wil je beginnende kleinkunstenaars behoeden? 
“Niet connecten met je publiek. Ze niet serieus nemen. Je moet echt weten voor wie je de voorstelling maakt.”

Wat zie jij, als je kijkt naar de jongste generatie kleinkunstenaars? 
“Meer algemeen zie ik een generatie die heel bewust is. Ze nemen niets meer voor granted. De kleinkunstwereld is lang een witte heteromannen-wereld geweest. Dat verandert nu. De nieuwe generatie wil ook andere verhalen vertellen. Deze verhalen zijn scherper en maatschappelijker. Meer vrouwen, meer mensen van kleur, meer queer. Dat is heel tof. Het theater opent zich voor meerdere perspectieven.”

De grote centrale vraag onder jonge kleinkunsttalenten is: hoe ga ik het maken? Kun je inschatten of er een grote carrière uit kan voortkomen? 
“Je moet in ieder geval veel talent hebben. Maar daarmee alleen ga je het niet redden. Kun je communiceren met het publiek? Wat breng je dat er nog niet is? En natuurlijk vakmanschap en heel veel discipline. Dus doorgaan, doorgaan en doorgaan. Je netwerk steeds verder uitbreiden. Open staan voor ontwikkeling – artistiek en zakelijk. Je kunt niet meer alleen het talentvolle genie zijn, je hebt ook ondernemersskills nodig. Dat leer je ook tijdens de Keep an Eye masterclasses. Je bent niet alleen artiest, je bent ook ondernemer.”

Wie of wat moeten we echt gaan zien de komende tijd? 
“Mads Wittermans brengt zijn voorstelling De Meeting terug naar Klein Bellevue van 17 tot en met 20 mei. Hij speelde in februari deze voorstelling over zijn alcoholverslaving en het was een zeer geladen en bijzondere avond. Een mengeling van cabaret, testimonial en voorstelling.”